Nee. Elke soort kanker krijgt een specifieke aanpak. Afhankelijk van het type kanker, het stadium van de ziekte, de leeftijd en conditie van de patiënt en de voorafgaande behandelingen wordt een bepaalde chemotherapie gekozen. Bij deze behandeling moet uw kind meestal eventjes opgenomen worden in het ziekenhuis. Vele vormen van chemotherapie kunnen echter ook op ambulante basis of zelfs thuis gegeven worden. In dat geval kan uw kind na de behandeling, ook wel ‘kuur’ genoemd, gewoon weer naar huis gaan of thuis blijven.

Ja! Maar dat is wel afhankelijk van veel factoren. Het stadium van de ziekte speelt hierbij een grote rol en ook niet alle vormen van kanker kunnen genezen worden. Soms geneest de kanker niet volledig, maar reageren de kankercellen wel op de chemotherapie, zodat de kanker minder wordt en de klachten afnemen. Het stadium is belangrijk. Wanneer de kankercellen eenmaal uitgezaaid zijn, is het meestal moeilijk de kanker nog te genezen. Dat komt doordat de uitgezaaide tumorcellen niet meer reageren op het geneesmiddel, omdat de cellen moeilijker te bereiken zijn of omdat de kankercellen gewend zijn geraakt aan de cytostatica. Dit laatste noemt men ook wel resistentie.

Voor kinderen raadt men aan dat zij opgevolgd worden in gespecialiseerde kindercentra. De aanpak, behandeling en genezingspercentages bij kinderen zijn totaal verschillend van de kankers bij volwassenen. Daarom is het best om door één van de acht erkende kinderoncologische centra van het land gevolgd te worden. De chemotherapie die gegeven wordt is normaal gezien dezelfde in alle centra, omdat iedereen zich houdt aan internationale behandelingsschema’s. Deze chemotherapie-protocollen hebben in het verleden al hun doeltreffendheid bewezen en worden regelmatig aangepast om zowel het genezingspercentage als de levenskwaliteit op lange termijn verder te verbeteren . Soms bestaat er voor een bepaald soort kanker geen standaardbehandeling of is een behandeling met een nieuw geneesmiddel aangewezen. Meestal heeft een gespecialiseerd kinderoncologisch centrum daar meer ervaring mee. Ook speciale behandelingsvormen, zoals beenmergtransplantaties, vinden vaak in een gespecialiseerd centrum plaats.

Het is nog niet mogelijk om vooraf met zekerheid te bepalen of de chemotherapie zal werken. De kankercellen kunnen in het lichaam soms op een plaats zitten waar het geneesmiddel moeilijk bij kan komen. Er zijn ook verschillende soorten kankercellen die telkens anders reageren op de medicatie. Wel kan meestal iets gezegd worden over de slaagkans van de therapie. Vraag dit maar aan de dokter, die heeft de laatste informatie over de soort kanker die je kind heeft.

Chemotherapie wordt vaak gegeven met het doel de patiënt te genezen. Dokters noemen dit een ‘curatieve behandeling’. Als genezing misschien niet meer mogelijk is, kan de chemotherapie wel de uitzaaiingen van kanker verminderen. Daardoor kunnen de klachten ten gevolge van de ziekte verminderen. Dit wordt ook wel ‘palliatieve behandeling’ genoemd. Soms wordt chemotherapie ook als aanvullende behandeling gegeven bij een operatie of bestraling. Dit wordt vooral gedaan bij kankersoorten die vaak uitzaaien en waarbij men hoopt heel kleine uitzaaiingen, die mogelijk al ontstaan zijn, te vernietigen. Zo’n behandeling noemt men ook wel eens ‘adjuvante behandeling’. Soms worden cytostatica ook gebruikt om het afweersysteem tijdelijk te onderdrukken, zoals na een beenmergtransplantatie afkomstig van een vreemde donor. Dit om afstotingsverschijnselen trachten te voorkomen.

Op deze vraag wil elke dokter graag een antwoord geven, maar dat is spijtig genoeg niet altijd gemakkelijk. De genezing hangt immers af van verschillende factoren : welke soort kanker is het? in welk stadium? wat is bekend over de chemotherapie? Om te weten of uw kind genezen is, zou men eigenlijk moeten weten of de chemotherapie alle kankercellen gedood heeft. Dat is echter niet mogelijk, want de cellen zijn veel te klein om ze allemaal te vinden: het is net een speld zoeken in een hooiberg. Daarom moeten we uw kind ook na de behandeling nog een aantal jaren controleren. Als er nog kankercellen zijn overgebleven, dan zullen deze zich opnieuw gaan vermenigvuldigen en wordt dit in een vroeg stadium ontdekt. Meestal geldt dat hoe langer de ziekte wegblijft, hoe groter de kans is dat uw kind helemaal genezen is.

Chemotherapie is de behandeling van kanker en tumoren met speciale geneesmiddelen. Deze geneesmiddelen worden ook cytostatica of chemotherapeutica genoemd. Zij zorgen ervoor dat de kankercellen niet meer gaan delen of vermenigvuldigen en kunnen ze zelfs doden. Hierdoor wordt de tumor kleiner en/of geneest de kanker. Cytostatica kunnen chemisch bereide stoffen zijn of afkomstig zijn uit de natuur, bijvoorbeeld uit planten of bacteriën.

Als uw kind meer klachten krijgt, is er in elk geval iets aan de hand. Maar dat hoeft niet te betekenen dat de chemotherapie niet goed is. Soms horen de klachten bij een bepaalde therapie: als een geneesmiddel werkt, zijn er ook vaak bijwerkingen. Sommige geneesmiddelen tegen kanker geven klachten die erg lijken op de klachten die uw kind al had, zoals misselijkheid, moeheid en braken. Tegenwoordig zijn er hiervoor gelukkig goede geneesmiddelen. Soms is er een andere ziekte in het spel zoals griep, zona of een koortslip. Meestal zijn deze klachten onschuldig, maar kunnen ze toch veel klachten geven, vooral als de weerstand door de kuren is afgenomen.